Wat heeft het gekost?

6.1 Samenkracht en burgerparticipatie

6.2 Wijkteams

6.3 Inkomensregelingen

6.4 Begeleide participatie

6.5 Arbeidsparticipatie

6.6 Maatwerkvoorzieningen (WMO)

6.71 Maatwerkdienstverlening 18+

6.72 Maatwerkdienstverlening 18-

6.81 Geëscaleerde zorg 18+

6.82 Geëscaleerde zorg 18-

7.1 Volksgezondheid

TV 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie: Opvang Oekraïense vluchtelingen

Vanuit het Rijk ontvangen we voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen een normbedrag per gerealiseerde plek per dag. Dit bedrag mogen we naar eigen inzicht inzetten en een eventueel voordeel is voor de gemeente. Per 15 oktober 2022 is dit bedrag verlaagd, zodat het beter aansluit op de werkelijke kosten die gemeenten maken. Ondanks deze verlaging is het normbedrag nog steeds ruim begroot, wat resulteert in een overschot.

TV 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie: Nieuwkomers

In 2022 ging de Wet Inburgering in. De uitvoering van deze nieuwe wet belegden we (samen met de regiogemeenten) bij Regio Rivierenland. De kosten van de huisvesting van nieuwkomers en de uitvoering van de Wet Inburgering waren in 2022 minder dan begroot.

TV 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie: Leefbaarheid / Kerngericht werken / Kindpakket

Door personele ontwikkelingen zijn niet alle budgetten volledig ingezet. Dit is niet ten koste gegaan van het stimuleren en ondersteunen van inwonersinitiatieven of de leefbaarheid in de kernen. Wel heeft dit impact gehad op de doorontwikkeling van kerngericht werken en het verbeteren van de dienstverlening. Deze processen zijn gestagneerd in 2022. Ze worden in 2023 weer voortvarend opgepakt, nu de personele bezetting weer op orde is.

TV 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie: Budgetten versterking voorveld en innovatie

Diverse budgetten voor versterking van het voorveld en innovatie (waaronder ZBB) zijn niet (volledig) benut. Vanwege personele wisselingen hebben we in 2022 onvoldoende plannen kunnen maken voor de inzet van diverse investeringsbudgetten.

TV 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie en TV 6.72 Maatwerkdienstverlening Hogere 18-: bijdrage inkoop Jeugd/Wmo

In 2022 heeft er, met uitloop naar 2023, een inkooptraject gelopen voor de inkoop van Wmo en Jeugd producten. Hiervoor heeft de regio Rivierenland meer inzet moeten plegen (71K). Doordat deze kosten laat in het jaar bekend waren, zijn ze niet in de begroting opgenomen.

TV 6.3 Inkomensregelingen en 6.5 Arbeidsparticipatie: Werk en inkomen

De kosten van bijstandsuitkeringen waren in 2022 minder dan begroot. De krapte op de arbeidsmarkt nam in 2022 verder toe. Dit bood kansen om mensen met een arbeidsbeperking (deels) aan het werk te krijgen. Daardoor stegen wel onze kosten voor loonkostensubsidies en de kosten van activering en re-integratie. Maar per saldo leidde dit wel tot een overschot op de budgetten van werk en inkomen.

TV 6.2 Wijkteams: Maatschappelijk werk

Vooruitlopend op de ZBB-maatregel is het contract met de leverancier van maatschappelijk werk opgezegd vanaf 2023. Deze heeft de werkzaamheden echter al in 2022 gestopt, waardoor we een financieel voordeel hebben.

TV 6.3 Inkomensregelingen: Inkomensvoorziening Neder-Betuwe

Een deel van de bijdrage voor de dienstverleningsovereenkomst die we voor Neder-Betuwe uitvoeren is bedoeld voor financiële risico's. Dit betreft met name personeelskosten. Wanneer zich personele problemen voordoen moeten we inhuren om de continuïteit van de dienstverlening te kunnen garanderen. In 2022 hebben we dit budget bijna niet gebruikt, waardoor we een financieel voordeel hebben.

TV 6.3 Inkomensregelingen: Energietoeslag

In december 2022 ontvingen we al een deel van de energietoeslag voor 2023 van het Rijk. Maar het wetsvoorstel ‘energietoeslag 2023’ staat pas in juni 2023 gepland om behandeld te worden in de Tweede Kamer. De Raad van State bepaalde dat pas na goedkeuring van de nieuwe wet gemeenten de energietoeslag 2023 mogen betalen. Indien nodig stellen we u later voor bij een burap geld beschikbaar te stellen.

TV 6.4 Begeleide participatie: Werkzaak

De Gemeenschappelijke Regeling (GR) Werkzaak is aangepast. Daarmee is er ook een scheiding aangebracht tussen de kosten bedrijfsvoering en uitvoering Participatiewet enerzijds en kosten bedrijfsvoering en uitvoering Wsw anderzijds. Dit leidt tot een gunstig financieel effect.

TV 6.6 Maatwerkvoorzieningen (Wmo) en TV 6.71 Maatwerkdienstverlening 18+: Gecontracteerde zorg (Wmo)

We zien bij de Wmo een toename van het aantal meldingen. Overigens is er een kleine afname geweest in het aantal aanvragen. Toch zien we dat de kosten op de Wmo nog niet dalen. Onder meer de vergrijzing en het langer zelfstandig thuis wonen dragen bij aan de toename van het aantal meldingen en het moeizaam terugdringen van de kosten. De grootste kostenpost blijft de huishoudelijke ondersteuning. Vanuit het programma transformatie sociaal domein hebben we ingezet op verschillende zaken, waaronder kwaliteitsverbeteringen van het sociaal team. Daarop kunnen we toeschrijven dat er minder aanvragen uit de meldingen zijn voortgekomen. Verdere effecten vanuit het transformatie programma, zoals de huishoudcoach, zijn nog niet te zien in 2022.

TV 6.71 Maatwerkdienstverlening 18+: Eigen bijdrage Wmo

Sinds 1 januari 2019 heeft het Rijk voor de Wmo een abonnementstarief ingevoerd. Dat geldt voor een Wmo-maatwerk- en/of algemene voorziening. Mensen betaalden voor die tijd een inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Door de invoering zijn de inkomsten uit de eigen bijdrage sterk gedaald. Tot 2025 zal de vermindering in inkomsten uit de eigen bijdrage ook blijven. Er is voor 2025 een wetsvoorstel ingediend voor een passende eigen bijdrage voor de huishoudelijke ondersteuning. Dat kan een klein dempend effect hebben op de vraag naar de huishoudelijke ondersteuning.

TV 6.72 Maatwerkdienstverlening 18- en 6.82 Geëscaleerde zorg 18-: Gecontracteerde zorg (Jeugd)

We zien een vermindering van de uitgaven op geïndiceerde zorg binnen de jeugdhulp.
Vanuit het programma transformatie sociaal domein hebben we ingezet op verschillende zaken, waaronder kwaliteitsverbeteringen van het sociaal team. Een deel van de daling van deze inzet van jeugdhulp is hieraan te wijten. Een voorbeeld hiervan is dat de nadruk meer is komen te liggen op het ‘’zo voorliggend mogelijk’’ geven van jeugdhulp. Hoewel dit geen causaal verband betreft, is het terugdringen van de kosten wel een beoogd doel van deze maatregel. Verdere effecten vanuit het transformatie programma zijn nog niet te zien in 2022.

Overige verschillen